Beheersplannen III (2022/2027) - Wallonië

26 Samenvatting van de derde beheersplannen voor de Waalse stroomgebiedsdistricten © DEE/SPW Milieu Tabel 6: Evaluatie van de economische indicatoren die de financiële impact meten van het scenario goede toestand en het scenario openbaar onderzoek op de economische sectoren tegen 2027 op het niveau van het Waals Gewest Economische indicatoren Theoretisch scenario "goede toestand" Bij het onderzoek voorgesteld scenario "goede toestand" Drempelwaard en Huishouden s M 1 : waterfactuur/inkomen van het huishouden, voor een huishouden met een gemiddeld inkomen 0,85% 2% M 2 : waterfactuur/inkomen van het huishouden, voor een huishouden met een laag inkomen (1 e quintiel) 1,32% 2% M 3 : waterfactuur/inkomen van het huishouden, voor een huishouden met een laag inkomen (1 e deciel) 1,58% 2% Industrie I 1 : jaarlijkse kostprijs maatregelenprogramma/omzet 0,05% 0,02% 0,5% I 2 : jaarlijkse kostprijs maatregelenprogramma/toegevoegde waarde 0,18% 0,09% 2% Landbouw A 1 : jaarlijkse kostprijs maatregelenprogramma/ sectortotaal 'inkomen uit arbeid' (RTT) 18,97% 1,97% 2% A 2 : jaarlijkse kosten maatregelenprogramma / sectortotaal 'inkomen van de landbouwer en zijn gezin' (REF) 13,24% 1,38% 2% Sector huishoudens : • De drempelwaarde voor indicator M 1 (bedrag van de waterrekening / inkomen van het huishouden) = 2%. Deze waarde is bepaald op basis van wetenschappelijke literatuur (bron: OESO, Klauer et al., 2008). Industriële sector: • De drempelwaarde voor indicator I 1 : Jaarlijkse kosten van het maatregelenprogramma / Omzet = 0,5%. • De drempelwaarde voor indicator I 2 : Jaarlijkse kosten van het maatregelenprogramma / Toegevoegde waarde = 2%. De drempelwaarden zijn bepaald op basis van de "referentiewaarde"-benadering (bron: Dijkmans, 2000, Vercaemst, 2002). Deze benadering wordt ook gebruikt voor het beoordelen van de Best Beschikbare Technieken die Geen Buitensporige Kosten Met zich meebrengen. Landbouwsector: • De drempelwaarde voor indicator A 1 : Jaarlijkse kosten van het maatregelenprogramma / totale OTO voor de sector= 2%. • De drempelwaarde voor indicator A 2 : Jaarlijkse kosten van het maatregelenprogramma / totale RTT voor de sector = 2%. De gekozen drempelwaarde (2%) heeft betrekking op de toegevoegde waarde, die ook is gebruikt voor de industriële sector (bron: VITO, 2011). De implementatie van het theoretische scenario "goede toestand": - Omvat geen onevenredige kosten voor de sector van de huishoudens en de industriële sector (de waarden van de economische indicatoren liggen onder de drempelwaarden), - Omvat onevenredige kosten voor de landbouwsector (de waarden van de economische indicatoren liggen boven de drempelwaarden). De uitvoering van het bij het openbaar onderzoek voorgestelde scenario "goede toestand" omvat geen onevenredige kosten voor de 3 economische sectoren.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTA5MTc=