Belangrijke kwesties (kaderrichtlijn water). 3e cyclus van beheersplannen in Wallonië

UITDAGING 2. DE INVESTERINGEN OP HET VLAK VAN SANERING VOORTZETTEN De collectieve zuivering van het stedelijke afvalwater, dat zowel huishoudelijk als industrieel afvalwater bevat, blijft een grote uitdaging als basismaatregel van de Kaderrichtlijn Water. De SPGE is de centrale operator die zorgt voor financiering van de investeringen in zuiveringsvoorzieningen (riool- en collectornetwerken, pompstations, zuiveringsstations enz.) alsook van de uitbatings- en onderhoudskosten die aan de deze voorzieningen zijn verbonden. De erkende zuiveringsorganisaties ('Organismes d’Assainissement Agréés, OAA') van hun kant verzekeren de constructie en de exploitatie van de voorzieningen in naam en voor rekening van de SPGE. Het totaalbedrag aan investeringen gerealiseerd door de SPGE in de periode 2000-2018 bedraagt 3,68 miljard euro. Door deze investeringen is de graad van uitrusting aan collectieve zuiveringsstations gestegen van 37,4% in 2000 tot 91,2% op 1 januari 2018. Er resten nog meerdere uitdagingen op het vlak van collectieve zuivering waarop in het kader van het 3de beheerplan een antwoord moet worden gegeven. Ze omvatten: • de implementatie van een 'geschikte' behandeling in agglomeraties met minder dan 2.000 inwonerequivalenten (i.e.*), door bij voorrang te focussen op waterlichamen waarbij het gebrek aan collectieve zuivering verantwoordelijk is (als enige factor of samen met andere drukelementen) voor het niet bereiken van een goede staat; Een passende behandeling zal ook andere kwesties aanpakken, zoals het oplossen van plaatselijke 'zwarte punten' en de verbetering van de biodiversiteit in het oppervlaktewater (biologische kwaliteitselementen zoals vastgelegd door de KRW, namelijk aquatische flora, bentische ongewervelde fauna en vissen); • de voortzetting van de investeringen in prioritaire gebieden, zoals bijvoorbeeld in beschermingsgebieden van waterwinningen, badzones en zones stroomopwaarts ervan, en in Natura 2000-gebieden; • de vernieuwing van de bestaande zuiveringsvoorzieningen en -netwerken opdat ze goed zouden blijven werken en de waterlichamen aldus in goede staat zouden blijven; • de verhoging van de bezettingsgraad van de bestaande zuiveringsstations via de implementatie van een reeks gepaste maatregelen (betere kennis van de toestand van de zuiveringsnetwerken, verhoging van de graad van aansluiting op de riool, beheer van de overstorten, eliminatie van de instroom van parasitair helder water, enz.); • de verbetering van de efficiëntie van de zuiveringsvoorzieningen in termen van energieverbruik en zuiveringsprestaties, met in dit kader, naargelang de lokale mogelijkheden, energievalorisatie op basis van het slib; • de implementatie van een geïntegreerd beleid inzake watercyclus en ruimtelijke ordening, om een optimaal beheer van zowel afval- als regenwater te verzekeren. 14 Bescherming van het water IN WALLONIË